In de winter is verwarming een punt van zorg geworden.
Als gevolg hiervan begonnen veel mensen over te stappen op aardgasverwarming en elektrische verwarming. Naast deze gangbare verwarmingsmethoden is er nog een andere verwarmingsmethode die stilletjes opkomt in landelijke gebieden: schone biomassaverwarming.
Qua uiterlijk verschilt deze kachel niet van een gewone kolenkachel. Hij is verbonden met een schoorsteen en er kan een ketel op worden geplaatst om water te koken. Hoewel hij er nog steeds sober uitziet, heeft deze rode kachel een professionele en ironische naam: biomassaketel.
Waarom heet het zo? Dit heeft vooral te maken met de brandstof die de kachel verbrandt. De brandstof die door biomassakachels wordt verbrand, wordt biomassabrandstof genoemd. Kort gezegd gaat het om het gebruikelijke landbouw- en bosbouwafval, zoals stro, zaagsel, bagasse en rijstzemelen. Directe verbranding van dit landbouw- en bosbouwafval vervuilt het milieu en is bovendien illegaal. Nadat de biomassapelletmachine echter voor verwerking is gebruikt, is het een koolstofarme en milieuvriendelijke schone energiebron geworden, en een schat waar boeren voor vechten.
Het landbouw- en bosbouwafval dat met biomassapellets wordt verwerkt, bevat geen warmteproducerende stoffen meer, waardoor er bij verbranding geen schadelijke stoffen vrijkomen. Bovendien bevat de brandstof geen water en is hij zeer droog, waardoor de warmteproductie ook zeer hoog is. Bovendien is de as na verbranding van biomassabrandstof zeer gering en bestaat de as na verbranding nog steeds uit hoogwaardige organische kalimeststof, die recyclebaar is. Juist vanwege deze eigenschappen zijn biomassabrandstoffen uitgegroeid tot een van de meest representatieve voorbeelden van schone brandstoffen.
Geplaatst op: 15-02-2022